Galangoor djali! Good day!
Vandaag moet ik vroeg op want al voor 7.30 uur word ik
opgehaald voor een excursie. En niet zo maar eentje, nee ik ga naar Fraser
Island, oftwel K’gari zoals het nu heet sinds de officiële wijziging afgelopen
juni. K’gari betekent ‘paradijs’ in de lokale taal.
Dave is onze gids van vandaag en ik mag van hem voorin
zitten in het 16 persoonsbusje, is dat even leuk! Later op de dag blijkt dat wel
fijn te zijn omdat het ‘wegdek’ best pittig is om op te rijden 😉.
We halen nog wat andere mensen op en gaan dan naar River Heads waar vandaan de
ferry vertrekt naar K’gari. Dave vertelt ons iets over dingo safety dat wel
belangrijk is op dit eiland. Er leven een aantal roedels op dit eiland en je
wil niet aangevallen worden door zo’n roedel of losse dingo. Aan boord zijn ook
een aantal kinderen en die schijnen een ‘makkelijke’ prooi te zijn dus die mag
je niet verder weg laten komen dan op armlengte. Nou als je dit zo allemaal
hoort, lijkt het of we naar een supergevaarlijk eiland gaan maar we zullen geen
dingo tegen komen tot de laatste kilometer terug naar de boot.
Bij de ferry worden alle 4WD erop geholpen, inclusief ons busje dat er maar net nog bij past. De overtocht duurt een half uurtje en iedereen laat z’n banden alvast leeglopen voor het avontuur op het eiland.
Vlak voor de aankomst moeten we weer allemaal het busje in en vertrekken we als eerste het land op. K’gari is met 122 km lang, het grootste zandeiland ter wereld en staat ook op de UNESCO werelderfgoedlijst. Wij gaan vandaag maar een klein stukje ervan bezoeken dat rond het middelste deel van het eiland ligt.
Dave schakelt naar 4WD en dan begint de rit over het eiland. Alle wegen zijn hier zandwegen, het hele eiland is namelijk volledig opgebouwd uit zand. Om een idee te krijgen van de wegen, hierbij een kort filmpje. Dit was nog een goede weg 😊.
De bomen zijn hier heel hard omdat ze ook de silica vanuit het zand meenemen in de groei. Hierdoor zijn hier vroeger veel bomen gekapt. Die bomen moesten uiteraard ook verplaatst worden en dat werd eerst met paarden en buffels gedaan maar later kwam de stoomlocomotief. Waar dan altijd mensen naast moesten lopen met water omdat de kolen ook vonkjes gaven die het bos in de brand konden zetten.
Onze eerste stop is bij Wanggoolba Creek waar we eerst een wandeling
maken door het regenwoud voordat we aan onze ‘morning tea’ beginnen. Tis net of
ik in Engeland ben! In 1995 is het bomenkappen gestopt en alles is gelijk
opnieuw aangeplant dus er zijn geen stukken zonder bos. De wandeling komt uit
bij Central Station wat vroeger een dorpje was voor de houthakkers inclusief
scholen. Nu wonen er nog wel mensen op het eiland maar hier niet meer.
Na de thee en cake gaan we weer de bus in (wat best een hoge opstap is voor mij) en rijden verder naar het strand aan de oostzijde van het eiland: 75 Mile Beach. Hiervoor moeten we door het resort (Eurong) heen dat helemaal electrisch begrensd is om de dingo’s buiten te houden. Aan de andere kant komen we dan uit op het strand en dat is hier een snelweg. Wow wat een gaaf gezicht!
We rijden een stuk over het strand heen (je mag hier 80 km/uur rijden) tot we bij Eli Creek aankomen. Zo hier is het ineens druk! Je kan hier namelijk in de creek dobberen in een band en dat gebeurt ook in grote getale. Ik loop over de boardwalk naar waar je de creek in mag en waad dan door de creek weer terug naar het begin. Het water is hier super helder door de filtering van het zand en het maakt ook geen geluid door het ontbreken van rotsen.
Als we iedereen weer verzameld hebben, rijden we een stukje verder over 75 Mile Beach naar de Pinnacles. Naast snelweg is het ook een landingsbaan voor de vliegtuigen die hier een rondje vliegen over het eiland. Alles is hier ontstaan door zand, dus ook alle heuvels en rotsen zoals de Pinnacles.
De laatste stop voor de lunch is het scheepswrak Maheno.
Deze werd ooit versleept naar Japan (ergens in jaren 30) maar tijdens een storm
is het schip losgeraakt en hier gestrand. En 90 jaar later ligt het hier nog
steeds en stoppen wij om dit te fotograferen.
We gaan vervolgens lunchen in Happy Valley dat een kleine nederzetting is op het eiland. De lunch bestaat uit een wrap en een fruitsalade. Dat wordt allemaal prima verzorgd door Dave. Hierna gaan we richting de laatste bestemming van vandaag: Lake Mckenzie maar we stoppen eerst nog bij Pile Valley. Dat is een beschermd bosgebied dat een aantal jaar geleden geopend is door Harry en Meghan. De bomen zijn hier zo oud en dik waardoor je 2 op de foto kunt staan!
Dan rijden we het laatste stukje naar Lake McKenzie waar we nog een uurtje kunnen relaxen en zwemmen voordat we terug moeten naar de boot. Dit meer ligt boven op een zandduin en wordt volledig gevoed door regenwater. Het zand zorgt er dan weer voor dat het water erin blijft.
Na dit mooie einde rijdt Dave ons weer terug de ferry op (via de slechtste weg van de dag, ik hoop dat Dave een goede chiropractor heeft) en nemen we afscheid van dit eiland. Het was een mooie dag in Paradijs!
Wat een schitterende dag.
BeantwoordenVerwijderenHenk